Van Narrawong naar Mount Gambier

20 april 2016 - Mount Gambier, Australië

Na een heel rustige nacht vanochtend wakker geworden met het gezang van kaketoes, parkieten en ander gevogelte.
Verder heerlijk rustig en de zon door de bomen op de camper schijnend. Ook dit is weer een pareltje. 
She's had a dream, oftewel Carla heeft een droom gehad: bij ons vertrek later op de ochtend zouden er allemaal kangoeroes en wallaby's staan om ons uit te zwaaien. Ja ja, LSD aan de overkant bij de jeugd gebruikt zal je bedoelen. 
Uiteindelijk heerlijk ontbeten van het brood van de plaatselijke bakker en aansluitend vertrokken van de camping. Wat een geweldige ervaring, afgesproken dit vaker te doen en mogelijk om de dag op een soortgelijke camping te gaan staan. Maximale gevoel van vrijheid. Vanaf de camping richting de doorgaande weg nog een paar koala's mogen aanschouwen. Geen skippys.
Na vertrek weer bij Portland langs en via de toeristische route richting Mount Gambier. Op enig moment de staatsgrens met South-Australia overgestoken. Voor de grens wordt er diverse malen aangegeven dat je geen groenten, zaden, grond en fruit mee mag nemen richting South-Australia. Enkele kilometers voor de grens een afvalbak waarin je alles in kunt dumpen. 
South-Australia is de droogste staan van Australië, hier valt gemiddeld maar 250 mm per jaar. Daarnaast is South-Australia de eerste staat ter wereld waar vrouwen het passief stemrecht kregen. Ook is het de staat met het meeste woestijngebied. En ze rijden hier ook links van de weg. South-Australia is de producent van de meeste wood chips van de wereld. Deze worden gemaakt van de amerikaans pine tree die in 25-35 jaar groot genoeg zijn om ze te oogsten. Tijdens de route dan ook grote vlaktes gezien met jonge en oudere aanplant. En ten gevolge van de teelt veel grote log trucks. Vrachtwagen met 3 opleggers, niet de grootste maar toch logge beesten.
Uiteindelijk aangekomen in Mount Gambier. Hier de camper maar weer uitgemest en de was draait nu. De afwas die gisteren is opgespaard gedaan en vanmiddag een rondtocht om het kratermeer, Blue Lake. Het plan is, oeps, om hier vandaag en morgen te blijven. Ook zal het een van de laatste mogelijkheden zijn mijn halve marathon hier te lopen. Verder naar het Noorden wordt het warmer en droger. We gaan het zien. Vandaag nog even in Port MacDonnel samen wezen rennen langs het strand. Was maar goed ook, de temperatuur was hoog genoeg om een hittekramp te krijgen. Maar netjes volgens plan 50 minuten lekker lopen en aansluitend 3 sprintjes van 80 meter. Daarna uitwaaien aan de kust.
Tijdens het hardlopen nog wat bijzonderheden over het dorp opgedaan. MacDonnel schijnt de meest zuidelijke plaats te zijn die officieel kreeften visserij bedrijft. Deze benoeming is overigens van 1887 wisten zij veel hoe het nu gaat.
Na het lopen zagen we in de haven, niet erg groot, een aantal vissers de vissen schoonmaken. Ze hadden tonijn gevangen maar wel iets kleiner dan op tv. 
Toen we van de camping in Mount Gambier weggingen was er een overvloed aan ruimte. Bij terugkomst was het een stuk voller. Naast ons staat nu een omgebouwde touringbus, we zijn dus niet meer de grootste. De buren hebben een aanhanger bij zich met daarop een Isuzu 4x4. We dachten dat de plekken wel heel erg diep waren maar dit past er allemaal net op. Hier is het groot, groter, grootst, Australië helemaal van toepassing. En wij maar denken dat Carla's ouders en oom en tante zulke grote auto's hadden. Niet dus.

Foto’s

1 Reactie

  1. 20 april 2016
    hallo jullie twee lekker geslapen?
    mooie foto's gemaakt hoor we hebben met interesse bekeken wat vis en ik altijd maar denken dat tonijn klein was.We genieten wel steeds
    van het verhaal wat er iedere keer weer bij is .Super!
    groetjes jullie ouders B.en T.H V
    groetjes jullie ouders.B.